Saturday, September 1, 2012

De Minnares

De doedel van deze week was: Een man neemt zijn vrouw mee naar de bioscoop. Zodra de film begint komt onverwacht de minnares van de man naast hen zitten.

(En hieronder mijn uitwerking:)


Rens’ hand was net onderweg naar zijn mond om wat popcorn naar binnen te werken, maar zijn hand bleef halverwege in de lucht hangen. Hij staarde naar Sabrina, maar zij ging doodleuk pal naast hem zitten. Ze sloeg haar benen nonchalant over elkaar, waardoor haar korte rok omhoog kroop en er meer van haar benen te zien was dan er voor een goede fantasie nodig was.
Vreet je popcorn op! Dadelijk ziet Carijn het!
Snel propte Rens de popcorn in zijn mond. Hij kauwde verwoed, draaide zijn hoofd naar links en glimlachte naar Carijn. Carijn had echter niets door. Haar ogen waren strak op het doek gericht, haar mond hing een halve centimeter open. De film was spannend.
Rens vond er niets spannends aan. De realiteit had hem ingehaald. Sabrina’s linkerbeen wreef zacht tegen het zijne. Hij trok zijn been met een korte ruk opzij. Carijn fronste kort haar wenkbrauwen, keek langs hem naar de knappe vrouw aan zijn rechterkant en richtte toen haar ogen op die van hem. Ze boog zich voorover.
‘Ken je haar?’ vroeg Carijn zacht.
Ook al was haar stem nog zo zacht, Rens hoorde de dreiging erin. Hij schudde zijn hoofd, maar daar nam Carijn geen genoegen mee. Rens volgde haar blik. De film was vergeten. Ze keken met z’n tweeën naar Sabrina.
Sabrina lachte hen poeslief toe. ‘Goede film hè.’
Rens knikte. Hij legde zijn hand op het bovenbeen van Carijn, draaide zijn rug naar Sabrina en kuste zijn vrouw. Carijn verstijfde even, maar toen hij wilde terugtrekken duwde ze haar mond tegen de zijne. Ze wreef over zijn kruis, beet zacht in zijn onderlip en haalde daarna pas haar lippen van zijn mond. Ze glimlachte.
‘Zullen we verder kijken?’ vroeg Rens. ‘Of wil je naar huis?’
Carijn legde haar hand in zijn nek en trok hem naar zich toe, maar niet om hem opnieuw te zoenen. Ze legde haar lippen tegen zijn oor. ‘Ik weet ineens waar ik haar van ken,’ zei ze. ‘Ze is patiënt van dokter Stieffels. Ze heeft hiv, wist je dat?’
Rens’ mond werd kurkdroog. Hij kon niet meer bewegen. De vingers van zijn vrouw groeven zich pijnlijk hard in zijn nekhuid. Op het bioscoopscherm werd de hoofdpersoon door zijn vrouw met een mes vermoord.
‘Ik heb me laten testen, Rens,’ ging Carijn verder. Haar stem klonk kouder dan de stem van de moordlustige hoofdpersoon in de film. ‘Ik heb het ook.’ Ze liet hem los.
Rens deinsde terug. Hij keek met grote ogen naar zijn vrouw. ‘Nee…’ Hij stond op, trok Sabrina ook overeind en wees met een beschuldigende vinger naar Carijn. ‘Ik wil scheiden. Haar tweelingzus heeft hiv, Carijn. Ik ben niet degene die jou besmet heeft. Je hebt het over haar tweelingzus.’ Snel wisselde hij een blik met Sabrina. Die was te geschrokken om te protesteren, en hij liep met haar de bioscoop uit.
Carijn bleef alleen achter.
Op het scherm werd de moordenares gearresteerd.